Als transporteur rijd je onder de AVC of internationaal onder de CRM-voorwaarden. Een transportaansprakelijkheidsverzekering is gebaseerd op deze voorwaarden. Het beschermt je tegen hoge claims als er iets mis gaat. Je bent beperkt aansprakelijk voor schade en verlies van lading. Toch gaat dit niet altijd op. Er is namelijk ook nog zoiets als goed huisvaderschap.

In dit blog heb ik het niet over high value transporten, maar juist over het normale stukgoed en geconditioneerde vrachten. Want ook daar verwacht de markt een grotere professionaliteit. ‘Goed huisvaderschap’ speelt bij een eventuele claim een steeds grotere rol. Dat is iets om over na te denken. Natuurlijk wil je als transporteur een professional zijn. Er komt alleen meer bij kijken, dan op tijd voor de deur staan.
Wat betekent ‘Goed huisvaderschap’?
Goed huisvaderschap is een containerbegrip. Het betekent dat jij als vervoerder er alles aan moet doen, om de goederen in dezelfde staat af te leveren als je ze ontvangen hebt. Het sleutelwoord is hier dus ‘alles’. Want door het strikter toepassen van ‘Goed huisvaderschap’ komen er steeds meer rechtszaken. Zeker als de opdrachtgever vindt dat zijn geleden schade groter is dan de 10 euro de kilo onder de CMR en 3,40 per kilo vracht onder AVC, waarvoor jij aansprakelijk bent.
In zo’n geval moet jij aantonen, dat je er alles aan gedaan hebt, om schade te voorkomen. Vooral in het buitenland kan dat vervelend uitpakken. Zo oordelen Duitse rechters over het algemeen nogal zwart wit bij diefstal: goederen vermist? Géén goed huisvaderschap.
In de praktijk zie ik dat de verzekeraar in dat geval de schade minus een verhoogd eigen risico uitkeert. Bijvoorbeeld geen 200.000 maar 170.000 euro. De resterende 30 mille van de claim moet je dan zelf betalen. Dat kan zowel je liquiditeit als je continuïteit behoorlijk beïnvloeden.

Aantoonbaar maken van goed huisvaderschap
Als transporteur is het dus belangrijk je organisatie zo in te richten, dat je ‘Goed huisvaderschap’ hard kunt maken. Preventief en actief handelen zijn daar sleutelwoorden. Dit begint volgens de verzekeringen met een goed geïmplementeerd vervoersprotocol. Daarin leg je vast hoe je als transporteur de lading vervoert. Zo’n protocol omvat je hele routing, logistiek en verantwoordelijkheden. Dus ook binnen je eigen muren. Dat wil zeggen; hoe jij je trailers parkeert, hoe je chauffeurs omgaan met hun pauzes, waar ze mogen overnachten, welke route ze nemen en waar ze mogen parkeren.
Veel verzekeraars zetten een degelijk protocol voorop. Daarna komen pas fysieke of elektronische maatregelen. Zij stellen dat het niet helpt om een goed slot op de deuren te hebben, als je vervolgens die trailer een heel weekend ergens onbewaakt laat staan. Dan geef je nog genoeg gelegenheid.
Maar dat betekent niet dat een goed slot geen toegevoegde waarde heeft. Net zoals niet insnijbare zeilen of GPS transponders. Goed zichtbare fysieke maatregelen helpen wel degelijk om meerdere redenen. Je geeft criminelen niet alleen minder gelegenheid; het is ook een solide manier om je professionaliteit te tonen.
Toch zie ik minder aanvullende beveiliging dan ik zou verwachten. Veel vervoerders hikken aan tegen de kosten en zorgen rond sleutels. Ook is men bang voor zware certificeringseisen. Maar dat is meestal niet zo. Verzekeraars eisen inderdaad een beter slot dan een hatschibatchi merk. Maar ze vragen voor een normaal transport niet om een slot met de hoogste certificering, waarbij er bijvoorbeeld geen moedersleutel mag zijn. Groot en rood helpt echt.
Van kostenpost naar USP
Ik probeer een transporteur altijd te laten zien dat aanvullende beveiliging niet alleen een kostenpost, maar juist een investering is. Je toont aan je klanten, dat je professioneel over dingen nadenkt en preventief oplossingen regelt die incidenten voorkomen. Dat is toegevoegde waarde. Zo maak je van incidentpreventie juist een USP!
Ben je nieuwsgierig geworden hoe wij je verder kunnen helpen? Bel mij dan even op via 088 130 6780. Of stuur een mailtje naar dstraatman@imbema.com. Dan kom ik graag bij langs!
