Onlangs stond ik plots oog in oog met DAF’s nieuwste cabine, goudkleurig gespoten en volop in het zonlicht. Ik moet bekennen dat ik overrompeld was door de schoonheid van het design. [INHOUD | INDEX TTMnl2023_82]

In het begin van mijn loopbaan was er van design bij vrachtauto’s nauwelijks sprake. De meeste truckfabrikanten gingen uit van het beginsel ‘vorm volgt functie’. En dus zag je in het straatbeeld trucks als de Volvo F88, Hanomag-Henschel HS 20 en zelfs nog een enkele Krupp met lange neus. Het moest er vooral robuust en soms zelfs agressief uit zien. Dat zag je ook aan logo’s zoals de griffioen van Scania of de leeuw van Büssing. Idem de slagzinnen. ‘Hij brult als een leeuw en trekt als een paard’ adverteerde de Nederlandse Büssing-importeur eind jaren ’60.
Design werd pas een thema na de oliecrisis van 1973, maar dan nog voornamelijk vanuit het perspectief van de aerodynamica. De vormen van truckcabines werden ronder en daardoor ook vriendelijker. Design vanuit het perspectief van imago kwam pas daarna aan de orde. De enorme groei van het goederenvervoer over de weg in de jaren ’70 en ‘80 ging gepaard met een verslechtering van het publieke imago van de vrachtauto. In de truckindustrie ontstond het besef dat een vriendelijker uiterlijk daar verbetering in kon brengen. Of dat zo was betwijfel ik want iedere automobilist besefte dat achter die misschien wat vriendelijker ogende cabine nog altijd 12 tot 15 meter laadruimte van 2,5 meter breed en 4 meter hoog meerolde. Branche-organaties in meerdere Europese landen lanceerden PR-campagnes om te wijzen op de noodzaak van het wegvervoer. Brummi, Fernschnellgut, ‘Wij rijden voor u’ (en niet vóór u), ‘Zonder transport staat alles stil’ is daaruit een greep. Anno nu hoor je in het publieke domein nauwelijks nog negatieve discussies over de vrachtauto. Wellicht hebben bovengenoemde zaken toch geholpen. Ik denk dat daarnaast de zeer schone Euro 6 norm veel aan een goed imago heeft bijgedragen, net als de oprukkende elektronische voorzieningen die kantelen voorkomen en kop-staart botsingen vrijwel onmogelijk maken. Ook de bijna al weer vergeten aanscherping van de geluidsemissie-eisen speelden mee.
Wat zeker ook een rol speelt is dat de negatieve geluiden over het wegvervoer zich de laatste jaren verplaatsen naar het begin en het einde van de logistieke keten. Het eindeloze aantal bestelauto’s in woonwijken en de ‘verdozing’ van het landschap in perifere gebieden zijn publiek en politici terecht een doorn in het oog. Daar ligt voor de branche dus nog een interessante uitdaging.
#design
#imago
#keten