Bij de presentatie van de nieuwe CO2-doelstellingen voor vrachtwagens en bussen afgelopen week heeft de Europese Commissie in het geheel niet gerept over CO2-neutrale brandstoffen en de klimaatvoordelen daarvan. Dat is lobby-organisatie eFuel Alliance tegen het zere been.
Met de nieuwe emissie-eisen stuurt de Europese Commissie aan op een ban van de verbrandingsmotor, zoals het dat eerder deed bij personenauto’s en bestelauto’s, zegt eFuel Alliance.
73 procent van alle goederen die in de EU over land worden vervoerd, zit in vrachtwagens. Dit betekent dat het zware vervoer de ruggengraat van de Europese handel vormt. Tegelijkertijd is het zware vervoer verantwoordelijk voor 27 procent van de CO2-emissies van het wegvervoer en 5 procent van de totale CO2-emissies in de EU – meer dan de luchtvaart en de scheepvaart samen. Een verschuiving van conventionele fossiele brandstoffen in deze sector is essentieel om de ambitieuze klimaatdoelstellingen van de EU voor 2030 en 2050 te halen. Hernieuwbare brandstoffen zoals eFuels en direct-elektrische aandrijvingen hebben een aanzienlijk klimaatpotentieel om de uitfasering van fossiele brandstoffen in het Europese vervoer te versnellen.
“Zwaar vervoer omvat uiteenlopende mobiliteitsbehoeften van expediteurs, logistieke bedrijven, gemeenten, winkelketens en zware vervoerders. Een beperking van de actiemogelijkheden en flexibiliteit brengt een efficiënt werkende interne markt en dus de veerkracht van de Europese economie in gevaar. Vooral omdat er nog steeds geen bevredigende antwoorden zijn op problemen zoals het gebrek aan megawatt-laadparken, het gebrek aan waterstofinfrastructuur of de betrouwbare beschikbaarheid van hernieuwbare elektriciteit. De Commissie wil bouwen op een fundament dat zeer broos is of in sommige gevallen nog niet eens bestaat”, zo geeft Ralf Diemer, directeur van de eFuel Alliance, stof tot nadenken.

De CO2-emissiereductie houdt alleen rekening met uitlaatemissies. Zelfs als 100 procent klimaatneutrale hernieuwbare brandstoffen worden gebruikt, worden deze voertuigen als fossiel beschouwd. “Deze voorgestelde regelgevingsaanpak ondermijnt niet alleen het beginsel van technologieneutraliteit, maar beperkt ook de keuzemogelijkheden van zowel logistieke operatoren als vervoerders en brengt een doeltreffende klimaatbescherming in gevaar. Een defacto uitfasering van de verbrandingsmotor in het zware vervoer met een reductiequotum van 90 procent brengt onbekende gevolgen met zich mee.
“De Commissie rechtvaardigt een afwijzing van de overweging van hernieuwbare brandstoffen in haar effectbeoordeling voornamelijk met kostennadelen, maar dit gebeurt zeer selectief. Zo wordt uitgegaan van belastingvoordelen en een vrijstelling van de HDV-tol voor elektrische vrachtwagens – maar niet voor verbrandingsmotoren met duurzame brandstoffen”, aldus Diemer. “Daarnaast moeten ook de open vragen over de beschikbaarheid van accu-grondstoffen, nieuwe politieke afhankelijkheden, de kosten van laadinfrastructuur, waterstoftankstations en uitgebreide parkeerruimte kritisch worden besproken. Bovendien mogen de kosten van energieopslag om hernieuwbare elektriciteit altijd en overal beschikbaar te maken en een vermindering van het laadvermogen van elektrische vrachtwagens door het gewicht van de batterijen niet worden verwaarloosd. De industrie staat voor veel vraagtekens”.
Dankzij hun drop-in vermogen kunnen klimaatneutrale eFuels geleidelijk worden gemengd met conventionele brandstoffen. Schaalvoordelen door dalende productiekosten en dus dalende prijzen bij tankstations zouden eFuels in elke fase betaalbaar maken voor logistieke bedrijven. Dit zorgt voor veerkracht en flexibiliteit en brengt een onmiddellijke vermindering van de uitstoot van broeikasgassen met zich mee.
Onlangs schreven meer dan 120 vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en ongeveer 90 wetenschappers een gezamenlijke brief aan beleidsmakers op EU-niveau waarin zij opriepen om hernieuwbare brandstoffen in de regelgeving op te nemen.