Toekomst LZV in Duitsland plotseling onzeker

Duitsland is en blijft verdeeld over de inzet van de LZV. In een gezamenlijke brief aan bondskanselier Olaf Scholz eisen de Bond van de Duitse Groothandel, Buitenlandse Handel en Dienstverlening (BGA) en de Bond van Duitse Transport- en Logistiekbedrijven (BWVL) zekerheid over de toekomstige inzet van de LZV. Het Duitse ministerie voor Milieu, Natuurbehoud, Nucleaire Veiligheid en Consumentenbescherming weigert al maanden zijn toestemming te geven voor de actualisering van het Positivnetz, het goedgekeurde wegennetwerk voor LZV’s.

De Bundesverband für Großhandel, Außenhandel und Dienstleistungen (BGA) en de Bundesverband für Wirtschaft, Transport und Logistik (BWVL) hebben bondskanselier Olaf Scholz schriftelijk verzocht de impasse tussen het Bundesministerium für Finanz und Verkehr (BMDV) en het Bundesministerium für Umwelt, Naturschutz, Nuclear Safety und Verbraucherschutz (BMUV) te doorbreken: Het BMUV weigert al maanden in te stemmen met het 11e wijzigingsbesluit van het BMDV. In de brief aan Scholz staat: “Onze ledenuit handel, industrie en logistieke dienstverlening eisen een duidelijke uitspraak of en hoe het verder moet nadat het Bundesministerium für Umwelt zijn goedkeuring weigert vanwege fundamentele bezwaren tegen het gebruik van LZV’s.” De twee bestuursvoorzitters Antonin Finkelnburg (BGA) en Markus Olligschläger (BWVL) zijn het met elkaar eens: “Het gedrag van het BMUV grenst aan passief verzet en dat terwijl de CO2-besparende effecten en het ontlastende effect voor de infrastructuur door dit vervoersconcept al jaren onomstreden zijn.”

In 2012 werd het concept van de LZV na een grondige wetenschappelijke studie door het Bundesanstalt für Straßenverkehr (BAST) omgezet in een gestandaardiseerde toepassingsprocedure. “Twee LZV’s vervangen drie conventionele vrachtwagens en verminderen zo de CO2-uitstoot en de belasting van de infrastructuur. Verschuivingseffecten ten nadele van de spoorwegen of beperkingen van de verkeersveiligheid werden niet vastgesteld”, werd toen vastgesteld. Volgens de procedure moeten de deelstaten in het kader van het contractbeheer geschikte routes aanmelden, waarbij rekening wordt gehouden met alle aspecten zoals bouwplaatsen, parkeerplaatsen, brugconstructies. Nu trekt het BMUV dit concept in twijfel, volgens beide verenigingen ten onrechte, want in een wetgevingsprocedure naar rechtsstaat hebben algemene bedenkingen zonder feitelijke gronden volgens hen onvoldoende rechtsgrond.

Naar de mening van BGA en BWVL toont de handelwijze van het milieuministerie weinig begrip voor het belang van logistiek als derde economische sector en de betekenis van logistieke processen voor de economie als geheel. De aangesloten bedrijven zien graag minder ideologie in de praktijk van de overheid, juist daar waar de voortzetting van een reeds lang ingeslagen weg de verwachting van een betrouwbare planning voldoende had moeten rechtvaardigen.