De ferrymaatschappij Superfast schrapt op 14 september de veerdienst tussen Zeebrugge en het Schotse Rosyth. Met de hoge brandstofprijzen en het schommelende Britse pond zou de lijn te weinig opbrengen. Diverse partijen reageren teleurgesteld.
Het aantal passagiers op de veerdiensten Dover-Duinkerke en Dover-Calais zou elk jaar stijgen. Ook de ferrymaatschappijen P&O en Transeuropa blijven jaarlijks een groot aantal wagens met passagiers overzetten op de lijnen Zeebrugge-Hull en Oostende-Ramsgate.
De Blue Star I voer sinds 2002 elke week drie keer heen en terug tussen Zeebrugge en Rosyth. Tijdens de maanden juli en augustus vervoerde de veerboot nog 27.450 passagiers. Toch houdt de overzetdienst van Superfast er vanaf 14 september mee op. Er wordt verwoed gezocht naar een maatschappij die de lijn wil overnemen, maar sinds de beslissing in mei bekend werd gemaakt is er nog niets concreet uit de bus gekomen.
“Het wegvallen van de enige ferrylijn tussen België en Schotland is jammer”, zegt gedelegeerd bestuurder Joachim Coens van de haven van Zeebrugge. “Sinds Superfast in 2002 zijn ferryroute inlegde van en naar Zeebrugge, heeft het toerisme een boost gekregen. Nu wacht ons een omgekeerde tendens.”
Middlegate, een transportbedrijf in Zeebrugge met een grote afzetmarkt in Schotland, is evenmin blij. “Wij maakten wekelijks gebruik van de ferry, waarmee we op een goedkope en makkelijke manier onze klanten konden bereiken”, vertelt directeur Charlie Notman. “Nu zijn we aangewezen op de lijn Zeebrugge-Hull, waardoor onze vrachtwagens 600 kilometer extra moeten rijden. Met de huidige dieselprijzen kan ik me dat niet veroorloven.”
Veel tekst en uitleg werd er bij het afschaffen van de ferrylijn niet gegeven. De woordvoerder van Attica, het moederbedrijf van Superfast, liet enkel weten dat de overzeese route “te duur” was geworden “door de hoge brandstofprijzen en het schommelende pond”. Om dezelfde reden had men in 2004 al een van de twee ferryboten afgeschaft. Nochtans was het jaarlijks aantal passagiers in twee jaar tijd van 113.500 naar 195.000 gestegen.
“De hoge dieselprijzen zijn een flauw excuus, want het schip wordt gewoon als veerboot tussen Italië en Griekenland ingezet. De winst op de Schots-Belgische lijn was gewoon niet hoog genoeg”, zegt Notman. “Het familiebedrijf Attica is in handen gekomen van een Griekse investeringsmaatschappij en die wil een hoger rendement. Spijtig, want aan de vraag zal het niet gelegen hebben.”
Ondanks de opmars van de supersnelle Eurostarverbinding naar Londen zijn de ferrydiensten tussen het Europese vasteland en Groot-Brittannië nog steeds erg populair. Zo stijgt het aantal passagiers op lijn Dover-Duinkerke van Norfolkline de laatste jaren met gemiddeld 10 procent.
Afgelopen zomer maakten maar liefst 190.000 mensen gebruik van deze dienst, waarbij dagelijks drie boten 24 keer overvaren. Ook Dover-Calais van ferrymaatschappij P&O kan elk jaar op meer passagiers rekenen. “Er is nog steeds een markt voor de ‘ouderwetse’ ferryboten”, zowel wat passagiers als wat vrachtvervoer betreft”, beaamt Coens. “Veel mensen zien het als een goedkope en aangename manier van reizen.”
