Het Amsterdamse Hof bepaalde gisteren dat het Prepensioenfonds Beroepsgoederenvervoer bij een teruggave ten onrechte voorwaarden heeft gesteld.
De rechtzaak betrof betaling van Prepensioenpremies over de periode 1 januari 2002 tot 20 februari 2003. Vier transportbedrijven hadden over die periode nota’s gekregen met daarop de vermelding “prepensioen verplicht”. Het ging daarbij om tientallen miljoenen euro’s. Later bleek dat deze verplichting gedurende die periode voor ‘ongeorganiseerde” transportbedrijven nog niet gold. Middels een door Vallenduuk Advocaten uit Haarlem aangespannen rechtzaak begon men een procedure tot teruggave. Dat lukte, ofschoon het Prepensioenfonds aan de terugbetaling wel de voorwaarde koppelde dat de werkgever de werknemers een ‘verklaring van vrijwaarde’ diende te laten tekenen. In een eerdere zaak was dat door de rechtbank akkoord bevonden. Die uitspraak is door Vallenduuk bij het Gerechtshof aangevochten, naar nu dus blijkt met succes .
Vallenduuk verwacht nog veel meer claims tot terugbetaling want elders in den lande lopen soortgelijke rechtzaken.
Bron : De Telegraaf
Auteur: Pieter Wieman