Eerder deze week deed de rechtbank in Assen uitspraak in een kort geding dat FNV had aangespannen tegen Brinkman Trans Holland. Die uitspraak was stevig en vroeg om nadere analyse. Die is er nu: er zit een vreemd luchtje aan deze uitspraak.
De uitspraak van de rechter betrof twee zaken: de chauffeurs die worden ingeschakeld via Brinkmans zusterbedrijven in Polen en Moldavië moeten Nederlands cao-loon betaald worden en het doorbrengen van de wekelijkse rusttijd van 45 uur in de cabine.
De vordering over het Nederlands cao-loon wordt door de rechtbank in Assen toegewezen. Uit het verslag blijkt dat de Poolse en Moldavische vestigingen beschouwd worden als een verlengstuk van het Nederlandse bedrijf. Dat is duidelijk te lezen in punt 5.8 van de uitspraak:’ Naar het oordeel van de kantonrechter is er in het kader van dit kort geding voldoende aannemelijk geworden dat deze aan gedaagde gelieerde vennootschappen op dusdanige wijze als een verlengstuk van gedaagde Nederland moeten worden gezien.’ Brinkman Trans Holland kon voor de rechter niet aannemelijk maken dat er daadwerkelijk scheiding was tussen de Nederlandse en buitenlandse vestigingen. Daarvan zijn in de uitspraak voldoende bewijzen terug te vinden. Zo gebeurde de aansturing van de buitenlandse voertuigen vanuit Nederland en verwees een vacature op de Moldaafse website voor contactgegevens naar Nederland. De rechter concludeert dat deze werkwijze puur om financiële redenen plaatsvond.
De uitspraak van de rechter over het doorbrengen van de normale wekelijkse rust in de cabine is opmerkelijk en ook niet goed te verklaren. De toewijzing van de eis tot een dwangsom bevreemdt. Juridisch deskundigen wijzen TTM.nl erop dat dit vonnis heel hard is en vooruit loopt op andere nog lopende zaken waarin nog geen uitspraak is gedaan. Citaat van een van onze bronnen: “Er moet in deze zaak meer aan de hand zijn. Het vonnis is zo hard, dat het bijna persoonlijk aanvoelt. Wat is daar gebeurd? Deze uitspraak is niet zomaar een zakelijke mededeling.” Ook de gevolgde procedure door de rechtbank zelf zorgt voor vraagtekens.
Alles wijst er op dat deze zaak nog een (straftrechtelijke) staart krijgt. Brinkman-Trans Holland heeft al aangegeven in hoger beroep te gaan, maar wilde eerder deze week niet inhoudelijk ingaan op de uitspraak.
A- Welke juridisch deskundigen zijn dat dan precies?
B- Dus chauffeurs in hun cabine laten overnachten, ook tijdens de weekenden, is de gewoonste zaak van de wereld?
U insinueert vanalles maar onderbouwt het slecht. Dat kan beter.
A: de juridisch deskundigen houden we op eigen verzoek anoniem.
B: Chauffeurs in de cabine laten overnachten is de praktijk van alledag. Of dat tijdens het weekend om mag, daar gaat het nu net om. Een oordeel daarover is niet aan de redactie.
C: Wij insinueren niets maar weten soms meer dan we kunnen zeggen. En soms zeggen we eerst a en later b.
D: Stay tuned dus…
Pak die markt verziekers keihard aan of sluit die tent,jammer voor de chauffeurs maar dan blijven de eerlijke en goede bedrijven over en hebben ze geen last meer van de Brinkmannen en Koopsen.
Al die barrel chauffeurs achter het stuur zie de ongelukken met witte platen opzouten en Nederlanders op de bok.
En ook die opdrachtgevers aanpakken zoals bijv Ikea waar die Brinkman voor rijd alles moet voor uitgeknepen prijzen.
En de klant bij Ikea die zegt ” wat lekker goedkoop allemaal zeg” ja ja.
Als U stelt dat er nog andere zaken lopen in betrekking tot dezelfde feiten hebt U gelijk. Maar waarom zou een andere rechtbank dan geen uitspraak mogen doen. U stelt dat de rechter in Assen op zaken vooruit loopt. Kan men dan niet met evenveel recht zeggen dat andere rechters op zaken achter blijven lopen en misschien wel op deze zaak hebben gewacht om enige jurisprudentie te verkrijgen? Ik neem aan dat U op de zaak van den Bosch doelt. Maar daar in die zaak is nu al voor de 4e of 5e keer uitstel voor een uitspraak gevraagd. Lijkt mij dat daar eerder een luchtje aan is verbonden. Wat betreft de weekend rust in de cabine: hierin volgt de rechter gewoon de wet die al sinds , ik geloof, 2006 geld. Wat nou vreemd luchtje?
Volledig eens met Dhr Lingbeek, volgens de auteur mag er dan een luchtje aan de uitspraak hangen, het bedrijf Brinkman komt een walm vanaf waar je een fiets tegenaan kan zetten.