Het werken in onregelmatige ploegendienst heeft schadelijke gevolgen voor de werknemer, blijkt uit een nieuw onderzoek van stichting Time Design. Een slechte werk- privébalans, slaapstoornissen, een negatief zelfbeeld en een burn-out zijn enkele resultaten uit het onderzoek.
Een op de vijf werknemers werkt in ploegendiensten. Het onregelmatige ritme van de ploegendienst botst regelmatig met het privéleven: het past niet bij het ritme van de partner, de kinderen, de vrienden en de gewenste vrijetijdsbesteding. Dat zorgt voor een slechte werk- privébalans. Ze zien de tijd bovendien vaker als vijand dan medewerkers met regelmatige werktijden.
Ploegenwerkers lopen het risico op de zogenoemde ‘Shift Work Disorder’; een slaapstoornis ten gevolge van onregelmatige diensten. De normale werking van de interne biologische klok raakt verstoord doordat je wakker dient te zijn als het nacht is – en moet slapen als het nog licht is.
Daarnaast toont het onderzoek aan dat ploegenwerkers over het algemeen een negatiever zelfbeeld hebben dan mensen die alleen overdag werken: het gevoel in de maatschappij een kwantitatieve minderheid te zijn en daarom minder waargenomen te worden.
Ploegenwerkers tonen bovendien vaker symptomen van uitputting en cynisme – typische kenmerken van een burn-out. Dit ontstaat als een persoon te weinig bronnen heeft om met bestaande werkeisen goed om te kunnen gaan. Deze bronnen kunnen fysiek, sociaal of mentaal van aard zijn. Denk aan een goede werk-privé balans als sociale beschermingsfactor, of een goede 
fysieke weerstand als gevolg van een gezonde slaap en een positief zelfbeeld als mentale beschermfactor. Omdat ploegenwerkers minder dergelijke bronnen hebben, lopen ze een hoger risico op burnout.
Stichting Time Design doet onderzoek naar tijdstypes van mensen, vrijetijdsbesteding en werktijden. Op die manier wil de stichting meer aandacht vragen voor het thema ‘tijd’. We zijn immers iedere dag met de tijd bezig, maar staan er niet bewust bij stil. Terwijl een bewustere omgang met de tijd stress kan verminderen en zo negatieve lange termijn gevolgen zoals burnout kunnen worden voorkomen.
