Nederland voor de rechter voor niet implementeren detacheringsrichtlijn

De Europese Commissie heeft besloten Nederland en Portugal naar het Hof van Justitie van de Europese Unie te verwijzen omdat ze de regels over de detachering van chauffeurs in het wegvervoer niet hebben omgezet in nationale wetgeving.

Bij Richtlijn (EU) 2020/1057 zijn specifieke regels ingevoerd voor de detachering van bestuurders in het wegvervoer, evenals administratieve voorschriften en controlemaatregelen voor die detachering. Ook wordt Richtlijn 2006/22/EG gewijzigd wat betreft bepaalde voorschriften in verband met de handhaving van andere sociale wetgeving in het wegvervoer. De vertraagde omzetting van de richtlijn leidt tot problemen om de regels correct te handhaven, voor bestuurders om een eerlijke vergoeding te krijgen en voor exploitanten om hun activiteiten binnen een duidelijk rechtskader uit te voeren.

De uiterste datum voor de EU-landen om Richtlijn (EU) 2020/1057 in nationale wetgeving om te zetten, was 2 februari 2022. In maart 2022 heeft de Commissie een inbreukprocedure ingeleid tegen de lidstaten die niet hadden meegedeeld of ze de richtlijn tegen die datum hadden omgezet. In september 2022 heeft ze met redenen omklede adviezen gestuurd. Omdat Nederland en Portugal nog altijd een inbreuk maken op de richtlijn, heeft de Commissie nu besloten de zaken naar het Hof te verwijzen en voorgesteld om een financiële sanctie op te leggen.  Het kabinet heeft in juli vorig jaar wel een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd, maar wat er daarna gebeurt is, is onzeker.

Achtergrond

Richtlijn (EU) 2020/1057 is volgens Europa essentieel om de sociale bescherming van chauffeurs te waarborgen en hun arbeidsomstandigheden te verbeteren. Tegelijk is ze heel belangrijk om eerlijke concurrentie tussen exploitanten te waarborgen door een einde te maken aan illegale arbeids- en handelspraktijken. De sterke en geharmoniseerde controle-instrumenten en -maatregelen van de richtlijn zijn cruciaal voor een doeltreffende uitvoering en voor de niet-discriminerende en consistente handhaving van de sociale regels voor het wegvervoer in de hele EU.