Ga naar hoofdinhoud

Niet meer cabinekamperen. En wat nu dan?

Sinds eind vorig jaar werd van rechtswege het verbod op cabinekamperen nog eens bekrachtigd, en sinds februari handhaaft de Nederlandse overheid. Problemen alom zou je zeggen. TTM.nl dook diep in de materie en komt eigenlijk tot één conclusie: zowel met dat ‘probleem’ als de handhaving lijkt het voorlopig nogal los te lopen… Als de Fransen niet waren begonnen, was er nu echt geen probleem geweest. Of ‘nitsjewo problem’, zoals Oostblokkers dat plegen te zeggen. [TTMnl2018_1_50]

In de rij- en rusttijdenwet staat namelijk al sinds jaar en dag dat een chauffeur zijn 45-urige aaneengesloten rustperiode buiten de cabine moet doorbrengen. Alleen is dat een nagenoeg onuitvoerbare maatregel en werd het derhalve door zo’n beetje elk transportbedrijf binnen de Europese unie vrolijk genegeerd. Tot de Fransen plotseling wél de handhaving van artikel 8, lid 8, van EG verordening nr. 561 uit 2006 ter hand namen, Niet omdat ze zo begaan zijn met het sociale lot van de buitenlandse chauffeurs, zeker Roemenen worden vaak ingehuurd door Franse bedrijven. Het artikel wordt puur protectionistisch gebruikt om de eigen markt af te schermen tegen vermeende buitenlandse concurrentie en cabotage. Nu is protectionisme niet voor niets een woord van Franse afkomst (denk ook aan de recente commotie rond het pulsvissen). Ook in dit geval is afschermen makkelijker dan saneren en hervormen. De Franse regering voorkomt er (weer) arbeidsonrust mee…

Olievlek

Met de handhaving gooide de Franse overheid wel een steen in de vijver. Veel transportbedrijven met buitenlandse chauffeurs weken (noodgedwongen) voor de weekendrust uit naar België en Duitsland. Die landen zaten niet te wachten op deze stroom kampeernomaden langs hun snelwegen en begonnen ook met handhaving. Eind vorig jaar deed het Europees Hof opnieuw uitspraak over het cabinekamperen. Dit na aanleiding van het Belgische transportbedrijf Vaditrans die een zaak tegen de staat had aangespannen rond dit punt. In feite bekrachtigde het Hof nog eens extra wat allang in de wetgeving stond: het mocht in 2006 al niet en nu dus ook niet! Ook in Nederland ontstond angst voor overlast bij met name lokale overheden langs de grens. ILT kondigde aan met handhaving te beginnen en er werden zelfs Kamervragen gesteld. Want waar moesten die chauffeurs nu blijven? En werd er ook gecontroleerd op bewaakte parkings?

What’s new?

Veel commotie dus. Maar is dat terecht? Wie in Nederland heeft er last van? Dat vroegen we aan Elmer de Bruin van TLN. Die huldigt de lezing dat artikel 8.8 tot nu toe nooit helemaal duidelijk was en dat er daarom geen gehoor aan werd gegeven, gezien ook de problemen rond het bewaakt parkeren en de kosten. “Natuurlijk gun je elke chauffeur een menswaardig bestaan. Maar dat is makkelijker op papier te regelen dan in de praktijk. TLN pleit daarom een pakket aan maatregelen dat voor de transportsector in de gehele Europese Unie geldt. Een onderdeel daarvan is het versneld aanleggen van meer bewaakte truckparkeerplaatsen met voorzieningen waar deze groep chauffeurs terecht kan. Dat moet dan wel mogen maar hiervoor lijkt in Brussel bijval te zijn. Tot die plaatsen er zijn, is er geen goed alternatief.”

ILT

Geen goed alternatief. Dat weet Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) ook. Dat kondigde aan niet te gaan handhaven op bewaakte parkeerplaatsen met voorzieningen. Hoe gaat sinds 1 februari de handhaving op niet-bewaakte parkings dan? Woordvoerder Daniëlle Rebel houdt de kaken stijf op elkaar op onze vragen of er al boetes zijn uitgedeeld. “Het is nog veel te vroeg om al over resultaten te spreken. Die gaan we te zijner tijd wel naar buiten brengen.” Op de vraag hoe de zwaar overbelaste ILT deze controles, die natuurlijk in het weekend moeten plaatshebben, denkt in te passen in het schema van de 18 inspecteurs waarover de dienst beschikt, krijgen we geen antwoord… Inmiddels, na het ter perse gaan van dit nummer van TTM.nl, heeft ILT wel degelijk gecontroleerd. 

Drukker of niet?

Nu er dan gehandhaafd wordt, zou het drukker moeten zijn op de bewaakte parkeerplaatsen. “Dat is ook zo”, zegt uitbater Frans op den Bult bij Deurningen. “Wij zijn in het weekend tot 21.00 uur open. Het is hier duidelijk drukker dan vorig jaar maar niet met het soort bezoekers dat ook in het restaurant komt eten. Wij hebben altijd al duidelijke spelregels gehad: als je niets verteert, betaal je voor je plaats en om naar het toilet te gaan. Douchen was altijd al apart. We merken dat we weer meer moeite hebben dat steeds uit te leggen en dat we ook meer moeten schoonmaken.” Dat is niet het beeld van Trudy Roskam, uitbaatster van verschillende Routiersrestaurants in de Rotterdamse haven en bij Distripark Emmen. “Op één restaurant op de Maasvlakte na zijn wij in het weekend al lang niet meer open”, legt Trudy uit. “We gaan dat ook niet doen want de groep waarover we het nu hebben, verteert niets. Ja, je kunt bier schenken maar wij hebben ook te maken met de regels rond de sociale hygiëne. Sowieso is er weinig vraag. Op de truckstop Maasvlakte waar het restaurant wel open is, blijkt de bezettingsgraad van de parkeerplaatsen in het weekend maar 48 procent. Dat komt ook omdat daar ook veel ADR-plaatsen bij zijn. Het is niet aantrekkelijk voor anderen om daar te staan vanwege de strenge regels, zoals het rookverbod.”

Tien kamers

Ook Riton Loverbosch, eigenaar van Nobis Asten langs de A67, vindt niet dat het drukker is geworden sinds ILT zou zijn gaan handhaven. “Ik merk daar niets van. Eerder minder. Ik denk dat veel chauffeurs inmiddels zoiets hebben ‘als het toch niet uitmaakt waar ik sta, ga ik er ook niet voor omrijden.’” Loverbosch benadrukt wel dat de chauffeurs op zijn 240 bewaakte plaatsen wél allemaal binnenkomen om te eten. “Ik denk ook dat wij sinds jaar en dag van de buitenlandse gasten het betere echelon hebben. Toen we nog onder het Rijkswaterstaat regime vielen en iedereen moesten faciliteren, was het slechter.” Loverbosch wil aan de overkant van de A67 een nieuwe parkeerplaats aan te leggen voor nog eens 300 auto’s. “Ik denk wel dat bewaakte parkeerplaatsen de oplossing zijn voor dit probleem. Ik heb ook een hotel. Maar als ik daar meer dan 10 kamers zou gaan verhuren aan chauffeurs, ging dat denk ik toch wringen met de andere gasten.”

Publiciteitsstunt

Het lijkt er op dat Nederlandse transportbedrijven die veel met buitenlanders rijden weinig problemen hebben. Wat ergens ook logisch is, de meeste van hun trucks die in het weekend overstaan, doen dat in het buitenland. En daar golden de regels al. “Klopt”, meldt directeur-eigenaar Don de Jong van Don Trucking opgewekt. “Van mijn 150 trucks staan er wekelijks zo’n 30 in Duitsland tijdens hun weekendrust. Daarvoor heb ik afspraken met Ibis. Maar het is echt geld op het sterfhuis gooien want de chauffeurs zijn er niet blij mee en geen enkele verlader wil die kosten betalen.” Don is dus geen voorstander van chauffeurs in hotels onderbrengen. “Je straft hem ermee. Die man heeft alles in zijn cabine. Nu dwingen we hem met zijn tasje zijn auto te verlaten naar een omgeving waar hij niet kan doen en laten wat in zijn cabine wel kan. Het is toch zijn privacy en weekend?” Toch kondigde uitgerekend Don de Jong groots aan in Ulft een hotel te willen bouwen voor zijn chauffeurs. “Goede stunt hé? grinnikt hij. “Dat hotel is van mijn vrouw. Ik sluit niet uit dat ik daar in de toekomst wel eens een chauffeur onderbreng maar verder ziet mijn vrouw mij aankomen! Maar ik heb de boodschap er wel mee op de kaart gezet: ‘chauffeurs worden niet blij van hotels’. We hebben wel zeven slaapplaatsen in Venlo.”

Onverstandig

Frank Verhoeven, directeur van Vos Logistics in Oss heeft veel ervaring met de voorgeschreven 45 uurs rust. Hij heeft 1.000 auto’s door Europa rijden waarvan de chauffeurs echt niet allemaal in het weekend naar huis gaan. Frank ziet de ontwikkeling met lede ogen aan noemt desgevraagd het handhavingsbesluit ‘onverstandig’. “Het biedt noch de transporteur, noch de chauffeur een oplossing.” Net als zijn collega Don de Jong signaleert ook hij dat de chauffeur het meest gelukkig bij zijn auto is. “Maar het meest vervelend vind ik het dat het gepresenteerd wordt als een sociale maatregel die de chauffeur moet beschermen en waarbij de transporteur als de boeman wordt afgeschilderd. Terwijl het de Fransen puur om het beschermen van hun eigen markt gaat. Maar de maatregel bestaat al langer en dus ondernemen wij actie.” Het idee van de 45 uurs-rust op bewaakte parkeerplaatsen vindt Verhoeven een beter idee dan in hotels. “Alleen is het nog niet zover. En uiteraard betalen wij de extra kosten voor chauffeurs, zowel voor bewaakte parkeerplaatsen als overnachtingen buiten de cabine. Ook zij kunnen hier niets aan doen en bovendien hebben wij ze bikkelhard nodig.”

Onderdak

Andere transporteurs bieden de chauffeurs op het eigen terrein onderdak. Reining in Hoogezand kreeg zelfs toestemming van de gemeente hiervoor. Wel vreemd, want dan zou een lagere overheid dwars over de regelgeving van in dit geval Europa heen gaan. “Dat is ook niet het geval”, vertelt woordvoerder Annet Oomkens van de gemeente Groningen Midden. “Reining heeft van ons een principe-uitspraak gekregen over een ‘omgevingsvergunning’. Dat is een containerbegrip waarin onder meer iets gezegd wordt over eventuele overlast. Of Reining van Europa chauffeurs mag laten overnachten op eigen terrein, gaat ons niets aan. Wij kijken alleen naar de gevolgen voor de omgeving.” Bij Van den Bosch uit Erp waar men begin jaren 2000 al een eigen chauffeurshotel op het terrein had, ziet men het probleem alleen voor hun subcontractors. De 100 eigen chauffeurs uit vijf landen zijn doorgaans voor hun 45 uurs rust thuis. “Dat hotel is er dan ook niet meer. Maar voor onze onderaannemers moeten we een oplossing vinden. Die staan nu op ons parkeerterrein in Veghel. Mogelijk dat we daar het voorzieningsniveau omhoog moeten brengen”, aldus een woordvoerder.

Zo probeert iedereen een oplossing te vinden voor een probleem dat tot nu toe slechts zeer latent was. Totdat de Fransen het zich toe-eigenden door te stellen begaan te zijn met het sociale lot van een beroepsgroep. Die vervolgens niets gevraagd werd. Duidelijk is wel dat als het overheden werkelijk ernst geweest was met die sociale omstandigheden, men allang véél meer had kunnen doen door te zorgen voor meer en betere bewaakte faciliteiten. Want daar heeft TLN een punt: daarmee is op veel fronten veel meer te winnen.

TEKST: BERT ROOZENDAAL | FOTO’S: TTM.NL, KOOS GROENEWOLD, BERT ROOZENDAAL

 

Zorg dat u niets mist. Neem nu een jaarabonnement op TTM.nl met 25% korting. Abonneer