Onlangs diende bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven de zaak die TLN en andere organisaties hadden aangespannen tegen het besluit van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) over stroomverdeling bij netcongestie.
Dit besluit werd onder de noemer Codebesluit Prioriteringsruimte bij Transportverzoeken van de ACM op 18 april dit jaar gepubliceerd in de Staatscourant en trad op 1 oktober in werking. Met het besluit geeft de ACM als toezichthouder op de energiemarkt een maatschappelijk prioriteringskader aan netbeheerder. Met deze publicatie is geregeld dat bepaalde categorieën instellingen en voorzieningen voorrang dienen te krijgen bij het realiseren van een (zwaardere) aansluiting op het elektriciteitsnet. De ACM heeft bedrijven in transport en logistiek niet opgenomen in deze voorrangsregeling.
Tijdens de zitting bogen de rechters zich over de vraag of ACM correct heeft gehandeld. TLN heeft ter zitting duidelijk gemaakt dat het belang van transportbedrijven niet is meegenomen in de afwegingen voor maatschappelijke prioritering. Dat is wel van groot belang omdat de netbeheerders de komende jaren massief investeren in het verzwaren van de stroomnetten. Er komt tot 2030 dus voortdurend nieuwe capaciteit beschikbaar. Door de lange wachtrij voor bedrijven en door het prioriteringskader kunnen bedrijven in transport en logistiek dus alsnog achter het net vissen. Die situatie staat op gespannen voet met de ambities uit het klimaatakkoord en de wettelijk vastgelegde afspraken over de invoering van de zero emissiezones met ingang van 2025.
TLN heeft de rechters gevraagd om aanpassing van de voorrangregeling van de ACM zodat rekening gehouden wordt met de belangen voor transportbedrijven die ‘wel moeten maar niet kunnen’. Voor onze sector geldt namelijk dat het een nieuwe groep grootverbruikers betreft die vrijwel zonder uitzondering een netverzwaring nodig hebben. In 2030 zijn er ten minste 12.000 elektrische vrachtauto’s nodig voor de binnensteden. Alleen daarmee hangt al een stroomvraag samen van 1,5 miljoen megawattuur. Daarnaast is de inzet van elektrische trucks in de zero emissiezones gebaseerd op een wettelijke verplichting. Daardoor is het tijdig faciliteren van de juiste stroomaansluiting voor een deel van onze sector cruciaal voor het realiseren van de afspraken over verduurzaming en voor het waarborgen van de continuïteit. De rechters verwachten medio maart 2025 uitspraak te zullen kunnen doen over de zaak.
Bron: TLN
